wat doe ikwat_doen_we.html

   scholen

  hoe werk ikhoe_werk_ik.html

 tarieventarieven.html

beroepsverenigingberpoepsver.html

 contactcontact.html
welkomwelkom.html
wie ben ikwie_ben_ik.html
wat doe ikwat_doen_we.html
scholen
hoe werk ikhoe_werk_ik.html
tarieventarieven.html
beroepsverenigingberpoepsver.html
contactcontact.html

scholen

Scholen met vragen over de motorische en sociaal/emotionele ontwikkeling van kinderen, begeleid ik op de volgende manieren:


1. motorische observatie/onderzoek en advisering.

2. Afname van een schrijfmotorisch test.

3. Adviezen wat betreft schrijfmotoriek.

4. Het geven van massagelessen in combinatie met kinderyoga-oefeningen.

5. Het geven van Sherborne lessen in groepen.

6. Het geven van weerbaarheidstrainingen in groepen

7. Het geven adviezen voor de leerkracht: ( samenstelling van de groep, wat zegt het gedrag van een

  kind, zit een leerling op de juiste plek in de klas, het bieden van structuur en handelingsadviezen bij

  motorische onrust, hulpvragen bij kinderen met gedragsproblemen/autistiforme stoornissen.

  1. 8.Het ondersteunen van kinderen met een PGB of kinderen met een specifieke stoornis.


Over de nummers 1 t/m 4 volgt hieronder een toelichting.


1. Movement ABC: Deze test geeft informatie over de fijn- en grofmotorische ontwikkeling van een kind in het dagelijks leven.


2. VMI : deze test kijkt naar de visuo-motorische integratie. De test bestaat uit 3 onderdelen: de fijnmotorische sturing, de visuele waarneming en het plannen en organiseren. De test geeft een indicatie of er aan de schrijfvoorwaarden wordt voldaan en op welk deelgebied er zich problemen kunnen voordoen.

Naar aanleiding van deze test kan besloten worden om het kind individueel te behandelen of dat het kind een speciaal programma ( gericht op de verbeteren van de ruimtelijke ontwikkeling m.n. wat betreft vormen/figuren) in de groep krijgt aangeboden.


BHK: dit is een schrijftest waarbij een geschreven tekst wordt geanalyseerd en een duidelijk beeld ontstaat over de kwaliteit van het schrijven


3. Ondersteunen van het schrijfproces. Door observatie in de groep en overleg met leerkrachten en IB kan nauwkeurig in kaart gebracht worden op welk niveau het schrijfprobleem zich bevindt. Hierdoor kan het kind gerichte instructies krijgen en zonodig individueel behandeld worden. (Dit voorkomt dat een kind bv. in een te moeilijk schrift zit te werken en hierdoor gefrustreerd raakt, waardoor hij ongepast gedrag laat zien. Bovendien zal het kind minder energie hoeven te stoppen in het schrijven en houdt dus energie voor andere taken over.)Tevens wordt er gekeken naar het schrijfmateriaal, soms heeft een kind een pen nodig die meer stabiliteit geeft.

Soms moet de omgeving stabieler worden om het kind tot  b.v.knippen te kunnen laten komen. Denk aan kinderen met een onstabiele houding, door het kind steviger te laten zitten kan het opeens wel knippen/schrijven. Het kind hoeft de energie dan niet in het rechtop zitten te steken, maar houdt energie over om te leren schrijven.


4. Sherborne:

De oefeningen richten zich op het verbeteren van het lichaamsbewustzijn, ruimtebewustzijn en relaties.

Het trainen van de psychosociale weerbaarheid waardoor het zelfvertrouwen en de acceptatie van zichzelf en anderen wordt gestimuleerd.

Door het bewust worden van lichaam en ruimte groeit het zelfvertrouwen waardoor het kind in staat is een relatie aan te gaan met volwassenen en andere kinderen. Het kind zal steviger in zijn schoenen staan en het zelfbeeld zal positiever worden. Dit komt het leerproces ten goede en er zullen minder conflicten in de groep ontstaan.

Voorbeelden:

Het kind durft meer initiatief te nemen of juist meer te volgen, waardoor het spelgedrag tijdens het buitenspelen minder tot conflicten zal leiden.

Het kind kan tijdens de uitleg van een opdracht zich richten op de opdracht zonder verbaal te reageren ( meer rust in de groep).

Het kind leert omgaan met aandacht die hij krijgt.